Met een warme guampa Mate, twee truien aan en de verwarming op 20 graden, zal ik jullie op de hoogte brengen van mijn avonturen in de laatste week in Paraguay. Wel gek, want nu ik goed en wel weer terug ben in Nederland en veel te gemakkelijk weer mee leef hier, lijkt het alsof ik de afgelopen 4 maanden heb gedroomd. En dat is een gevoel wat ik niet zo fijn vind, de vier maanden hiervoor zijn het namelijk echt wel waard om herinnerd te worden als leven-veranderend, niet als een droom die doet twijfelen wat echt was en wat niet. Dan ben ik nu ook extra dankbaar dat ik mijn blog goed heb bijgehouden en zo zelf ook terug kan lezen dat het veel meer was dan een vage droom.
Ik was gebleven bij dinsdag, want vorige week maandag had ik mijn blog geschreven aan de rand van het zwembad bij vol op zon en 38 graden (verschil mag er wezen…). Dinsdagochtend kon ik dan toch het kindje includeren waar ik die maandag voor gebeld was. Vol goede moed ging ik naar het ziekenhuis toe en kwam ik bij het kindje in kwestie. Ik vroeg aan de arts of ze toevallig het sample al had klaarstaan. Dat bleek niet zo, omdat het kindje nog te zwaar ondervoed was. Super sneu natuurlijk! Hopelijk zou het kindje snel een sample produceren, dat zou zowel voor het kindje heel goed zijn: dan kon er in ieder geval een test worden uitgevoerd (bij ondervoede kinderen kan je geen enkele test afnemen, omdat alle testen invasief zijn) en voor mij: dan was er een kans dat ik toch nog met 1 positieve testuitslag naar Nederland kon vertrekken.
Ik keek nog even in de koelbox die gedurende mijn tijd in het ziekenhuis niemand had gebruikt. (Hij was bedoeld voor het bewaren van samples van de kinderen.) En precies op deze dag zat er wel een sample in, van al 4 dagen oud. Nou fijne lucht was dat wel. Ik snapte niet waarom niemand mij even had gewaarschuwd, zowel de arts die de sample er in had gestopt, als de arts die met deze lucht in haar spreekkamer moest werken. Maar de goede kant was, dat ik in ieder geval nog wel een sample had om te analyseren. Ik bracht het naar het lab, dat tijdelijk was uitgestorven. Ik kwam echt niemand tegen, 24 december is in Paraguay al een vrije dag voor veel mensen, blijkbaar. Ik stopte de stinkende luier snel in de koelkast, waste mijn handen en ging weer weg. Dat sample zou ik dan na de kerst wel analyseren.
Die middag ging ik samen met Pastor Luis op pad om souvenirs in te slaan. Ik gaf meerdere miljoenen uit aan cadeautjes en voelde me daarna echt flink arm. Al mijn laatste guaranis verdwenen in de zakken van straatverkopers, hopelijk heb ik ze zo kunnen helpen aan een goed kerstdiner.
We reden nog even langs de kerk om die te versieren voor het kerstdiner van die avond en gingen daarna naar het huis van Luis en Sarah. Daar belde ik met thuis, waar ze zich al druk aan het voorbereiden waren op de kerstnachtdienst. Het was wel een beetje gek om niet samen met hen te zijn, en toch voelden de mensen in Paraguay voldoende als familie om dat gat op te vullen. Hierna bakte ik een appeltaart die als toetje van het diner zou functioneren. We maakten ons netjes en vertrokken naar de kerk. Samen met Luis, Sarah en de ouders van Luis aten we een heerlijk diner in de kerk en deelden we familie verhalen. Het was heerlijk op één gerecht na: koeientong. Ik wilde het wel proberen, maar de structuur vond ik echt vreselijk. En het was klaargemaakt met azijn, dus het smaakte ook nog eens zuur….
We aten in de kerk, omdat dit diner open was voor iedereen die misschien geen plek had om naar toe te gaan. Er was niemand anders meer op af gekomen, wat een goed teken was dus! De appeltaart viel ook in de smaak en toen we allemaal de buik rond hadden gegeten, was er een foto moment bij de boom (die had ik die middag maar even getekend). Een geslaagde kerstavond dus!
Waar in Nederland kerst vooral op de 25e en 26e wordt gevierd, is het hier echt alleen de 24e. Om 00 uur wens je iedereen een gelukkige kerst en daarna ga je nog lang door met kletsen en restjes eten. Dat maakt dat de 25e iedereen enorm brak is en samen films kijkt of iets anders rustigs doet. En tweede kerstdag bestaat al helemaal niet. Dus woensdagochtend deed ik heel rustig aan en pakte ik al een deel van mijn koffer in. Ik zou die middag film kijken met Sarah, Luis en Geraldine en de rest van de week was ook nog vrij druk. Dus ik dacht, laat ik mezelf een beetje stress besparen aan het eind van de week.
We keken Mulan, een disney film die ik nog nooit gezien had en speelden Dutch Blitz. Dat is een soort ligretto, maar dan typisch Nederlands? Ik ben dat hele spel in Nederland nog nooit tegen gekomen, maar in Paraguay zijn ze er blijkbaar helemaal weg van hahah.
De dag er na, donderdag, was voor mij dus al weer een normale werkdag. Ik ging naar het lab om de sample te analyseren en wat laatste administratie dingen te regelen. Daar was ik vroeg op de ochtend al weer mee klaar. Zodoende kon ik samen met Sarah en Luis nog naar winkels toe om verjaardagscadeautjes te kopen, blijkbaar was ik nog niet helemaal blut. We lunchten bij een heel mooi Chinees restaurant, waar ik me enigszins underdressed voelde; in korte broek en mijn StudentMeetsPatient polo (die stamt uit jaar 1 bachelor en vermeldt dat ik een student ben van de radboud). Het was een buffet waar je onbeperkt van mocht genieten en het was echt lekker! Weer aten we onze buik rond en niet veel later leed ik aan een mega after-lunch-dip. Paraguayanen hebben daar betrekkelijk minder last van, zij eten met lunch altijd enorm uitgebreid. Vaak een combinatie van aardappels, rijst en minstens 500 gram vlees. Groentes worden over het hoofd gezien. En als ze dan horen dat in Nederland de lunch bestaat uit wat boterhammen met beleg, of slechts een salade, bedenken ze nog eens goed of ze toch echt een keer daarheen willen komen.
Ik sliep mijn after-lunch-dip uit op de bank en daarna begon ik aan het bakken van een nieuwe appeltaart. Die avond hielden we een Asado bij mij in het pension, als een soort voor afscheid. Het was een fantastische avond! Heel veel vrienden van de kerk waren gekomen, dat was enorm bijzonder voor me. Ze gaven me een vlag van Paraguay met hun namen er op en boodschappen die ik tot nu toe nog niet heb gelezen. Een aantal vrienden gaven nog een soort mini speech en ik werd gevuld met dankbaarheid. Wat bijzonder dat mijn leven zich mocht mengen met die van hen en wat fijn dat het voor beide kanten zo’n goede tijd was.
Ook hier werd de appeltaart goed ontvangen. Even waren er mensen bang dat deze hetzelfde zou smaken als de dropjes, maar ik kon hen geruststellen dat dat niet het geval was. Rond elf uur begonnen we weer met opruimen en toen dat eenmaal klaar was, gingen we nog een ijsje halen bij de Burgerking. Ik reed mee in een Mercedes uit 1980 en niet veel later bestuurde ik de auto zelf. De jongen van wie de auto was, had hem die dag gekocht en vertelde er enthousiast over. Ik vertelde dat ik nog maar weinig had gereden in de stad vanwege het verkeer, maar dat ik normaal in Nederland wel veel rijd. Toen bood hij aan om het stuur over te nemen, dat wilde ik natuurlijk wel! We stopten midden op straat, bien Paraguayo en zo reed ik verder. Heerlijk!
Terwijl het donderdag dus vrij laat was geworden, werd ik vrijdagochtend vroeg opgehaald. Ik ging met Luis en Sarah mee om Sarah uit te zwaaien. Zij vertrok weer naar Brazilië. Toen we aankwamen bij de busterminal zat Geraldine daar ook en zo hadden we nog een laatste moment om samen te bidden voor de reis van Sarah en haar vaarwel te zeggen. Ik zag hoe het Luis ontroerde om zijn dochter voor de eerste keer alleen een internationale reis te laten maken en ik was blij dat ik was mee gegaan. We gingen maar even een bakkie troost drinken bij La Herencia en daarna bracht Luis me bij het lab, waar het mijn beurt was om afscheid te nemen. Ook hier was sprake van wederzijdse waardering en ik hoop dat ik hen snel weer terug kan zien. Ik ben er nu ondertussen ook achter waarom de goedkeuring van mijn project zo lang heeft moeten duren: ik was de eerste die een internationaal onderzoek in samenwerking met hen wilde uitvoeren. Dat is voor elke organisatie best wat papier werk, dus dat verklaarde zo achteraf veel. Hierna volgde mijn afscheidstour naar het IMT (2e ziekenhuis), hier werd ik zelfs een beetje emotioneel. De vrouw die veel voor mijn onderzoek heeft betekend, is ook christelijk en wist precies de juiste afscheidswoorden uit te spreken.
In de middag sliep ik veel en keek ik wat films, even bij tanken voor die avond. We zouden namelijk de verjaardag van een vriendin vieren in een restaurant. Flink op Paraguayaanse tijd: half tien. Erg gezellig, maar uiteindelijk erg laat, zo verdampte al mijn energie in rap tempo.
Zaterdag stond in het teken van Salto Cristal. Ik zou om 6.30 opgehaald worden dus na vijf uur slaap, stond ik om 6 uur keurig naast mijn bed. Om 6.30 had ik keurig mijn tas gepakt, maar al snel zag ik de bui al hangen: 6.30 was veels te vroeg voor Paraguayanen. Om 7.30 werd ik dan eindelijk opgehaald, ik was al bijna weer in slaap gevallen. Na vier uur rijden, over zandweggetjes, door palmboomvelden en langs prachtige mini bergen, kwamen we dan eindelijk aan bij de avontuur trial die ons bij de waterval zou brengen. Met twee collega’s uit het lab, een vriend en vriendin van hen en een vogel in een kooitje, klommen en klauterden we over stenen en boomstronken. Het was ondertussen al zo’n veertig graden, dus de zweetdruppeltjes gleden van mijn huid af. Na zo’n kwartiertje wandelen, kwamen we aan bij de waterval! En weer was ik sprakeloos. Het water stortte naar beneden van zo’n 70 meter hoogte, en vormde een klein meertje met super helder water. Hier mocht je in zwemmen met een zwemvest aan. Wat was dat heerlijk om te doen! Echt fantastisch! Het water was niet eens echt koud, maar wel heerlijke afkoeling. De Paraguayanen vonden het water trouwens wel echt koud haha. Op bloten voeten verkende ik het omliggende bos nog een beetje en zo kwam ik nog meer kleinere watervallen tegen. Wat was dat een heerlijk gevoel, midden in de prachtige natuur met lekker weer. Even helemaal weg, zonder ook maar iets te doen en niet bezig te zijn met mijn vertrek. Rond 20 uur kwam ik weer terug in de stad en na een korte powernap werd ik opgehaald voor de volgende verjaardag. Weer uiteten. He vervelend nou. Ik voelde me, eenmaal daar, alleen oprecht niet zo lekker. Dus op aanraden van mijn vrienden bestelde ik een tonic met limoen en ijs, dat hielp wel echt tegen de misselijkheid die ik voelde. Ik nam op tijd afscheid van de jarige en toen ik weer thuis was, sliep ik direct in.
Ook zondag werd een heel herinneringswaardige dag: laatste kerkdienst bij Renuevo, een dankwoord geven in het Spaans, een 15 jaar – verjaardag meemaken en een afscheidsdiner met vriendinnen uit de kerk en de Pastor bij Bolsi.
De kerkdienst was ontzettend mooi, de hele dienst stond in teken van dankbaarheid voor het afgelopen jaar. Het raakte me diep om te zien dat er zoveel mensen kunnen vertellen van de trouw van God, ook juist in de meest donkere momenten. Luister maar eens naar Scars van I am They. Zo treffend! Toen ik aan de beurt was, shakete ik echt van de zenuwen. Hier en daar sprak ik ongetwijfeld een woord verkeerd uit, maar de mensen moesten lachen op de juiste momenten. Ik had het namelijk bedoeld als een luchtig afscheid woordje. Alleen ik ken mezelf ondertussen wel zodanig, dat ik van te voren wist dat ik hoe dan ook zou moeten huilen. Dat moment kwam dan ook, iedereen begon te klappen omdat ze dachten dat ik nu klaar was, dat maakte mij weer aan het lachen, omdat ik nog helemaal niet klaar was. Na de dienst nam ik al afscheid van de eerste mensen: knuffels, tranen, zoenen en liefde. Wat ben ik gezegend met al deze nieuwe familie 🙂
Toen ik mezelf weer wat had opgefrist en mijn panda ogen had opgeknapt, vertrok ik naar de verjaardag. Hier werd ik ontzettend hartelijk ontvangen, zowel de jarige als de ouders vonden het enorm tof dat ik gekomen was. Ik kwam binnen in de zaal, waar je eerst op een soort decor een foto maakt met de jarige en daarna word je naar je tafel geleid. Ik mocht aanschuiven bij de nicht van de jarige, haar vriend, haar mama en haar zus. Het was even onwennig en met harde achtergrond muziek was het voor mij een enorme challenge om hen te verstaan. Maar al snel begon de Asado en had iedereen alleen maar aandacht voor hun eten. Daarna trad een Guarani Folklore zanger op, heel mooie klassieke nummers in een overstaanbare taal. Speciaal om mee te maken! Ook zongen we nog verjaardagsnummers en werd officieel de gebakjes tafel geopend. Men begon al snel te dansen op het ritme van de muziek die ik eerder als Bombatcha opschreef, ik weet nu dat het fonetisch klinkt als: Kátjaka. Maar weet ook dat je het zo niet schrijft hahah.Rond half vier was ik zelf uitgegeten, gedanst en gesproken, dus vroeg ik of een vriendin mij een lift kon geven. Uber was enorm duur in deze vakantie tijd vanwege het lage aanbod en de hoge vraag, dus ik was erg blij toen ze dat voor me wilde doen.
Eenmaal in het pension, pakte ik de andere helft van mijn koffer in probeerde ik nog even een powernap te doen. Die avond zouden we nog uiteten gaan en daar had ik toch echt wel wat extra energie voor nodig. Rond 20 uur vertrokken we naar Ko’ape bar, een rooftop bar midden in het oude centrum. Om deze te bereiken, moet je een flink aantal trappetjes opklimmen door een fel geschilderde wijk, heeel leuk hoor, vooral als het nog steeds 38 graden is. Aan het begin van de laatste trap werd toen ineens 30 mil guarani gevraagd als entree kosten, omdat er een elektro-party bezig was. Mhh, nou houdoe en gracias, rechtsomkeert en alle trappetjes weer af. Dat zagen we toch even niet zitten, al helemaal niet na een hele middag lang katjaka muziek. Op naar de volgende optie. Na wat denken, kwamen we uit bij Bolsi. De op 1 na meest geliefde tent in Asuncion. Dat was te zien ook, een hele rij had zich gevormd voor de receptie tafel (buiten, nog steeds 38 graden). Tja, zweten deed ik toch al wel, dan konden we ook nog wel even in de rij staan. Na zo’n twintig minuutjes kregen we een tafeltje aangewezen, ook buiten. Ik genoot van mijn laatste typische maaltje en de aanwezigheid van lieve mensen. Maar beseffen dat ik die dag erna weg zou gaan, dat deed ik niet.
Maandagochtend stond ik rond half acht op, ik moest afscheid gaan nemen bij de directeur van het INERAM (1e ziekenhuis). Dat deed ik wel met een beetje tegenzin, na alle gebeurtenisjes daar, was ik niet helemaal meer blij met hem. Maar het viel alles mee, hij sprak zijn gemeende waardering uit en gaf zelfs nog een cadeautje en liet mij mijn doktersjas houden J. Echt leuk! Ik sprak later met Pastor Luis en hij zei dat Paraguayanen vaak heel laat zijn met het waarderen van mensen, vaak net iets te laat.
Ik ging terug naar het pension om mijn koffers op te halen, ik was echt bang met alle souvenirs dat mijn koffer te zwaar was, hij voelde als 50 kilo ofzo. Toen alles goed en wel in de auto van Luis was geladen, hadden we nog zeeën van tijd, dus gingen we op pad naar een ontbijt tentje. We kwamen te recht bij Café de Acá, waar ik ook met Geraldine en mams gegeten had, ik zei dat ik zou trakteren, dus kozen we heerlijke koffies en ontbijtjes uit. Blijkbaar had ik nog wel geld voor een ontbijtje, daarnaast wilde ik Luis op die manier bedanken voor al zijn benzine, tijd en gesprekken. Het was heerlijk! We hadden nog een goed laatste gesprek over Gods plan met je leven en vroegen om de rekening. Ik liep naar binnen om deze te betalen, maar had alleen m’n pinpassen. Gusto die dag deed de pinservice het natuurlijk niet. Moest Luis alsnog betalen. Daar voelde ik me echt vervelend bij, want ik had enorm uitgebreid gegeten en ík wilde hém bedanken. Maar goed ik zou nog kansen krijgen om geld op te nemen bij een automaat, dan kon ik hem alsnog terug betalen.Op weg richting het vliegveld stopten we bij een tankstation met pinautomaat. Hier probeerde ik twintig keer geld uit die stomme automaat te trekken met zowel mijn debit als credit pas, maar het enige wat ik te zien kreeg was een error. Dus de eerste poging om geld terug te geven aan Luis was mislukt. Toen had ik nog de hoop op het vliegveld. Helaas werkte hier de bank ook niet mee. Ik keek op mijn app, maar ik had daadwerkelijk nog wat geld over op mijn rekening. Dus het kon niet zijn dat ik echt blut was.
Om stress wat te verminderen, ging ik toen eerst naar de in check balie. Kon ik mooi mijn koffer inleveren. Die bleek echter 26 kg te zijn in plaats van de toegestane 23, is allicht minder dan 50 kg maar toch 100 euro te veel. Snel pakte ik mijn koffer terug en begon spullen over te hevelen naar mijn gitaarhoes en handbagage. Vrij chaotisch en stressvol verliep dit proces. Toen ik mijn koffer opnieuw dicht had zitten, woog hij precies 23 kg en wilde ik er zo snel mogelijk van af. Ik leverde hem in en haalde opgelucht adem. Nu zou ik mijn lange broek aan gaan trekken en mijn dichte schoenen aan doen, met 38 graden liep ik nog op slippers in een korte broek rond. Ik zocht mijn lange kleding in mijn handbagage, maar kon deze hier niet vinden. Ik haalde mijn gitaar uit zijn hoes en doorzocht de vakjes, maar ook hier geen sprake van een lange broek. Hè pips. Die had ik in de stress in mijn koffer gestopt. Wat stom! Een van de omstanders die begreep wat er aan de hand was, bood me prachtige knalroze ski sokken aan. Die moest ik dus wel accepteren, net als het geld dat Luis me nu extra overhandigde voor het kopen van een lange broek.
De tijd had ondertussen ook niet stil gestaan, dus ik moest nu mezelf ook al richting de gate bewegen. Door de stress was het afscheid minder emotioneel, twee vriendinnen van de kerk waren er, Pastor Luis en Geraldine was nog onderweg met de auto. Er vloeiden wel wat tranen en ik vond het ontzettend jammer dat ik geen afscheid meer kon nemen van Geraldine, maar ik had het intenser verwacht. In de taxfree winkels, stond het woord broek niet in het woordenboek. Er was oprecht geen enkele winkel met een broek. Wat stom, al helemaal nu ik nog geld had van Luis wat ik helemaal niet kon gebruiken. Hoe kon ik dat nu nog teruggeven?
Bij de douane hielp ik tussendoor nog een smokkelende Duitser met mijn tolk diensten. Hij had puur zilver mee, in vier buisjes, in zijn handbagage, om te verkopen in Duitsland. ‘Hij had het in eerste instantie meegenomen als cadeau voor zijn vader, zei hij, maar die had het teruggeven met de opdracht het te verkopen.’ De jongen sprak alleen geen woord Spaans, dus van het Spaans, vertaalde ik het naar het Engels, want mijn Duits is ondertussen gedeletet van mijn harde schrijf. De douane man bleef lastig doen en er moest een chef bij kijken, die kon nu mijn tolk diensten overnemen. Ook mijn tas werd verdacht van het bezitten van foute goederen: een aansteker. Ik vond het wel even spannend toen ze mijn tas gingen doorzoeken, niet over die aansteker, daarvan wist ik 100% zeker dat hij er niet in zat, maar ik had nog wel 3 kg meel in mijn tas zitten. Opgerold in mijn spijkerjasje; meel om chipa en mbeju te maken. En wie weet of meel echt meel is? Mijn etui vol met pennen bleek de boosdoener te zijn en toen de vrouw mijn spijkerjas optilde, vroeg ze of er eten in zat, dus ik zei ja. Je kan het vast als meel zijnde ook wel eten.
Na een prima vlucht, landde ik bij 0 graden om half vijf, in een korte broek op Madrid. Mensen keken me daar wat gek aan. Het is grappig om te zien hoe snel mensen semi-afkeurend kijken, zonder je domme verhaal te weten. Als ze dat nou hadden geweten, mochten ze wel afkeurend kijken van mij. Maar goed even wachten tot 6 uur, dan zouden de taxfree shops ook hier open gaan. Weer heel weinig winkels met broeken. Uiteindelijk toch een gevonden! Gelijk 3x zo duur als de gemiddelde broek in Paraguay natuurlijk, dus naast het weer was daar de volgende continent shock: de achterlijk hoge prijzen. Mijn overstaptijd was gelukkig niet heel lang en snel mocht ik al weer boarden, ik moest deze keer mijn gitaar mee geven met de ruim bagage. Dat vond ik nog wel even spannend. Maar eenmaal in het vliegtuig, kreeg ik een XL plek aangeboden en was ik mijn gitaar-stress al weer vergeten. Het volgende moment rook ik een gek luchtje en boven op de vleugel zittende, is dat nooit fijn. Ik keek naar buiten en zag niks. Iets later keek ik weer naar buiten en zag ik ineens enorme rookwolken en een soort oranje vuurlicht. In het vliegtuig leek niemand er wat van op te merken, ik snapte het niet. Ik keek nog een keer naar buiten en zag nu dat het licht van vier schijnwerper lampen kwam en de rook een soort stoom was die ze op de vleugel spoten om het ijs te verwijderen. Was dat even een geruststelling.
Na twee uurtjes landden we op Brussel en hier ging alles heel snel. Ik had mijn koffer zo te pakken en ook mijn gitaar werd keurig heel afgeleverd bij het ophaal punt van bijzondere bagage. Niet veel later liep ik de ontvangst hal binnen en stonden daar mijn paps, mams, zusje en broertje en beste vriendinnetje me op te wachten!!! Wat was dat fijn!! Het spandoek van de vierdaagse had zo een mooi tweede leven gekregen. Terug op Nederlandse bodem.
Tot de dag van vandaag ben ik nog niet helemaal geland. Het voelt niet alsof Paraguay en ik al klaar zijn met elkaar, dus misschien kan ik deze blog nog wel een keer nieuw leven in blazen tijdens mijn Master. Ik vond het zelf al ontzettend leuk om te schrijven, dat er dan ook nog mensen zijn die het lezen en het leuk vinden, maakt het dubbel top. Als je deze keer ook weer helemaal tot hier bent gekomen; heel erg bedankt voor je interesse en tijd. Dat betekent echt veel voor me!